Samenkomst op de Grote Markt waar we onder deskundige begeleiding van onze gids An een stadswandeling door Roeselare gaan maken.

Nu we moeten beseffen dat Roeselare serieus heeft geleden tijdens beide wereldoorlogen.
Heel wat gebouwen zijn dan ook herbouwd geweest.

We staan voor het vernieuwd stadhuis, gebouwd door de Bruggeling Hendrik Bultynck  in 3de kwart van de 18de eeuw in rococostijl. De detaillering vinden we terug in het wapenschild van Roeselare.

Ondertussen richtten we onze aandacht op één van de weinige overgebleven originele  gevels van de stad nl. de westgevel van het klooster van de Grauwzusters.
Het typische aan deze gevel is het visblaasmotief.

Op een rustige tempo wandelen we naar het Polenplein waar het vroegere brandweer-
gebouw de ‘Arsenaal’ werd omgebouwd tot het vernieuwde koersmuseum.
Bovenaan de gevel zien we de vergulde Sint-Michiel.

Het standbeeld Peegie, de leurder van de stad en teken van een gezonde handelsgeest,een werk van Jef Claerhout, kan je bewonderen aan de Botermarkt.

Klein Seminarie
Jammer genoeg waren de poorten van het domein afgesloten.
Het seminarie heeft ook woelige wateren doorzwommen en gelukkig door een Gentse bisschop van de ondergang gered.
Hier komen we te weten dat Albrecht Rodenbach les heeft gekregen van Hugo Verriest en Guido Gezelle.
Het Lied der Vlaamsche Zonen, die tot vandaag nog wordt gezongen, ontsproot uit de Vlaamse gedachtengang van Rodenbach.

Omgeving Sint-Michielskerk
In de Sint-Michielskerk bevindt zich het praalgraf van Jan van Kleef en zijn vrouw Johanna van Lichtervelde.
Aan de westelijke buitenkant treffen we een heel mooi standbeeld van zuster Marie-Louise De Meester.
Zij is de stichteres van de tot op heden bestaande Heilig Hartziekenhuis annex klooster en Het Hoger Instituut voor Verpleegkunde.

Op een kleine wandelafstand van de Sint-Michielskerk hebben we de kapel en klooster van de Arme Klaren opgericht in 1867 en die nu wordt gebruikt door de geloofsgemeenschap De Bremstruik.

Stedelijke begraafplaats
Een een oase van rust midden in het stadscentrum die helaas geen beschermd statuut heeft bekomen.
We gaan op zoek naar de begraafplaats van Albrecht Rodenbach, oom Alexander Rodenbach, de oprichter van de gelijknamige brouwerij, en zijn neef Georges Rodenbach, schrijver van het boek Bruges la morte.
Het bijzondere aan het graf van Albrecht Rodenbach is dat zijn grafsteen wordt versierd met de Vlaamse Leeuw.

Verder treffen we op het kerkhof een heel mooi beeldhouwwerk aan van Lagae Jules met als titel ‘De Verlatene‘.
In Brugge kunnen we ook één van zijn beeldhouwwerken bewonderen aan het Muntpleinmet name Flandria Nostra.

Terwijl de beelden op kerkhof aan bewonderen waren, kregen wij een flinke hagelbui over ons heen die tot op het einde van de wandeling heeft geduurd.
Onze gids An leidde dan ons terug naar de startplaats met onderweg nog even te stoppen aan het standbeeld van Albrecht Rodenbach die voor de St.Amandskerk staat.
De St.Amandskerk heeft zijn laatste viering gevierd in 2014 en werd tot medio 2017 niet meer gebruikt.
Ondertussen heeft de voormalige kerk een nieuwe invulling gekregen. Iedere vrijdag tussen 14u00 en 20u00 wordt daar een lokale boerenmarkt gehouden.

Om de hevige hagelbui te ontlopen hebben we geschuild in het vernieuwde station, volgens een lokale bewoner heeft deze verbouwing 50 milj. Euro gekost.
De stad heeft er alles aan gedaan om de verpauperde wijk achter het oud station nieuw leven in te blazen en daar zijn ze heel goed in geslaagd.

Alvast dank aan de deelnemers en aan onze gids An Maes, gediplomeerd reisleidster Europa met specialiteit Valencia en reisleidster Vlaanderen.